Een unieke verbinding
Wereldwijd zijn we verbonden door hetzelfde virus. Een onzichtbaar, ontastbaar en ongrijpbaar microscopisch klein deeltje houdt de hele wereld in zijn greep. Deze monsterlijk kleine gemeenschappelijke vijand weet ons allen met zijn enorme reikwijdte te vinden.
Toch heeft zijn aanval op iedere persoon een andere uitwerking. En een ieder reageert daar op zijn of haar eigen unieke manier op.
Een reactie die onvoorspelbaar was tot een paar weken geleden. Niemand kon zich voorstellen hoe je zou reageren als alles wat je zekerheid gaf ineens weg zou vallen. Hierdoor ontstaat een mooie kans om nieuwe delen van jezelf te ontdekken.
Ikzelf kijk met verbazing naar mijn eigen reactie op deze situatie. Ik heb geprobeerd in woorden te vangen hoe ik deze bijzondere tijd beleef en zie daarin een link met wat ik in mijn werk ervaar. Ik deel dit graag met je. En mocht je jouw eigen unieke reactie met mij willen delen, hou je dan vooral niet in; ik mis ons contact enorm!
Hoe vaak heb ik dit al niet gezien? Honderden keren zeker. En toch blijft het me iedere keer opnieuw ontroeren met hoeveel vertrouwen de baby in het water zit. Hoe spannend dit moment voor de kersverse moeder ook is, haar baby geeft zich helemaal over.
Ik leer moeders, en soms ook vaders, hoe ze hun baby kunnen masseren. Na afloop van de massage mogen de baby’s, als toetje, in een emmer met warm water. Dat is altijd zo’n heerlijk moment. Terwijl de moeder de babybillen met één hand ondersteunt en met de andere hand de beentjes voor de borst van de baby kruist, laat ze haar kind in het warme water zakken. Een baby kan de eerste keer totaal niet weten wat er gaat gebeuren en moet maar afwachten wat er komen gaat. Als de billen de bodem van de emmer raken en de moeder haar ondersteunende hand weghaalt zit elke baby als een prinsje rechtop. Als volwassene weet je dat het veilig is; de baby zit klem in de simpele 10 liter huishoudemmer, kan geen kant op glijden. Een baby wéét dit niet; een baby erváárt de veiligheid. Omhuld door het water, in de foetushouding, begrensd door de randen van de krappe emmer kan hij zich vol vertrouwen overgeven.
Dit moment van totale overgave raakt mij diep. Zoals die baby vol vertrouwen in dat lijfje, in die emmer zit en alleen maar ís, dat zou ik ook wel willen. Wanneer voel je je, nadat je bent opgegroeid, ooit nog zo veilig en omhuld?
Wat is veiligheid eigenlijk? Controle over de situatie waar je je in bevind? Driebubbel checken of het gas wel uit is, de deuren op slot zijn? Wachtwoorden op je pc? De juiste diploma’s op zak voor een succesvolle carrière? Spaargeld op je rekening? Een airbag in je auto? Gezond eten en voldoende bewegen? Genoeg blauw op straat? Verzekeringen voor van alles en nog wat? In een land leven met een goede gezondheidszorg en een bloeiende economie? Alles goed geregeld en in de hand.
En dan? Dan breekt er een pandemie uit, moeten we binnen blijven, worden we continu om de oren geslagen met cijfers over besmettingen, ic-bedden en Corona-doden. Scholen en horeca gaan dicht. Contactberoepen mogen hun werk niet meer uitvoeren.
Daardoor is mijn hele beroepsgroep, een branche, een complete markt ineens gereduceerd tot een code en met één pennenstreek van tafel geveegd.
En daar zit ik dan, van het ene op het andere moment, thuis. Met mijn overvolle praktijkagenda en zorgvuldig opgebouwde cliëntenkring. In één klap stort mijn markt in. Al mijn koopwaar is niets meer waard. Mijn aanbiedingen bestaan uit masseren, aanraken, en dat mag niet meer. De bodem onder mijn praktijk valt weg. Weg veiligheid.
En ik zak. Ik zak diep. Ik heb geen idee of de hand die mij laat zakken weet waar die mee bezig is, of die wel kundig is. Kan ik die hand wel vertrouwen? Het doet er niet toe, het gebeurt en ik laat het gebeuren.
Tot mijn grote verbazing laat ik mij zakken, in een soort overgave. Ik voel mij onderdompelen, het water stijgt tot aan mijn lippen. En ineens word ik mij bewust van wat ik voel; ik voel de bodem onder mij. De bodem waarin ik veilig ben. Niet de hand die mij laat zakken, maar de bodem waarop ik zit. Mijn bodem. Ik glij niet onderuit. Het water omringt mij, maar het water is warm en voelt behaaglijk.
Dit is het moment waarin ik mij veilig voel. Veilig opgekruld in mijn eigen cocon, op de bodem van mijzelf steunend.
Ik weet niet voor hoe lang het water warm blijft. Dat doet er nu niet toe. Vol vertrouwen geniet ik van de overgave van dit moment. Ik ben.
Hopelijk tot heel gauw, Marian